Voor iedereen die niet op vakantie is; er kan gewoon gesnoeid worden in de zomer! Vanaf begin juli tot begin september is het de tijd van de zomersnoei. Zodra de lengtegroei van de nieuwe scheuten gestopt is mag je met de zomersnoei beginnen. Stop wel op tijd, zodat de snoeiplekken de tijd krijgen om voor de winterrust te genezen.
Steenvruchten worden bij voorkeur gesnoeid in de zomer. Pruimen, kersen, perziken en walnoten vallen onder de steenvruchten en zijn gevoelig voor de gevaarlijke loodglansschimmel die via snoeiwonden de boom vooral in de winter kan infecteren. De aanbevolen periode is rond of na de oogst.
Volwassen steenvruchtbomen hebben meestal weinig snoeiwerk nodig. Haal vooral de slechte takken en kruisende takken weg. Uitzondering is de perzik. Bij de perzik komen de vruchten aan eenjarig hout en is het goed om oudere takken regelmatig weg te halen.
Pitvruchten, zoals appels en peren, worden vooral in de winter gesnoeid. In de zomer kun je de appel- en perenbomen echter ook snoeien om de groei te remmen. Zeker in de zgn. beurtjaren – weinig fruit, veel groei, kun je sterk sterk (verticaal) groeiende takken weghalen. Deze zullen niet meer teruggroeien na de snoei omdat de groei van de takken is gestopt. Verder kun je natuurlijk zieke takken of slecht geplaatste takken weghalen. Door te snoeien in een sterk vegetatieve boom ontstaat er ook weer ruimte in de boom en dus licht en lucht. En dat zorgt weer voor een betere rijping en minder kans op ziektes. Daarbij komt dat bij de zomersnoei de snoeiwonden sneller droger en de kans op infecties kleiner is. Vergeet tot slot ook niet om de “opslag” aan de basis van de boom en de onderstam weg te halen.
Tot slot: snoei niet als het vochtig en nat is omdat de wonden dan minder snel helen.